“Parama-Atman” is een term uit het Sanskriet, een oude Indiase taal, die wordt gebruikt in de filosofische en spirituele tradities van India. Het verwijst naar het hoogste zelf of de hoogste ziel, en het staat centraal in veel van de hindoeïstische en spirituele filosofieën.
Hier zijn enkele belangrijke aspecten van het begrip “Parama-Atman”:
- Het ultieme zelf: “Parama-Atman” vertegenwoordigt het hoogste niveau van het individuele zelf of bewustzijn. Het wordt vaak gezien als identiek aan het universele bewustzijn of het goddelijke.
- Eenheid: In veel spirituele filosofieën wordt beweerd dat “Parama-Atman” uiteindelijk één is met het “Brahman,” de ultieme, ondeelbare werkelijkheid in het hindoeïsme. Dit benadrukt de filosofische notie van non-dualiteit, waarbij er geen werkelijke scheiding is tussen het individuele zelf en het universele zelf.
- Zelfrealisatie: Het realiseren van “Parama-Atman” wordt beschouwd als een van de hoogste spirituele doelen. Dit houdt in dat men zich bewust wordt van de ware aard van het zelf, voorbij de identificatie met het fysieke lichaam en de ego.
- Verschillende namen: Afhankelijk van de spirituele stroming of filosofie kunnen er verschillende namen worden gebruikt om naar het hoogste zelf te verwijzen. Bijvoorbeeld, in Vedanta wordt het “Parama-Atman” genoemd, terwijl het in andere tradities bekend kan staan als de “Atman” (individuele ziel), de “Ziel” of de “Goddelijke Zelf.”
Over het algemeen vertegenwoordigt “Parama-Atman” de kern van spirituele realisatie en eenheid met het goddelijke in veel van de Indiase spirituele tradities, en het is een belangrijk concept in de zoektocht naar zelfrealisatie en spirituele verlichting.
Einde