De “12 Kalas” zijn twaalf eigenschappen of aspecten van goddelijke uitstraling en perfectie die in de Vedische en hindoeïstische tradities worden erkend. Deze Kalas zijn geassocieerd met de godin Adi Parashakti (de oorspronkelijke goddelijke moeder) en worden vaak geassocieerd met aspecten van volmaaktheid en goddelijkheid. Hier zijn de 12 Kalas:
De 12 Kalas zijn:
- Kanti (Stralendheid): Dit verwijst naar de goddelijke uitstraling en stralendheid van de godin.
- Kirti (Beroemdheid): Dit betekent dat de godin vermaard is en haar roem zich overal verspreidt.
- Lajja (Bescheidenheid): De godin is bescheiden, ondanks haar goddelijke macht.
- Mahima (Grootheid): Dit verwijst naar de goddelijke grootsheid en majesteit van de godin.
- Gambhirta (Diepte): Dit duidt op de diepte van de goddelijke kennis en wijsheid.
- Preeti (Liefde): De godin is de personificatie van goddelijke liefde en genegenheid.
- Prabha (Licht): Dit staat voor het goddelijke licht en de helderheid die de godin uitstraalt.
- Shanti (Vrede): De godin brengt vrede en harmonie in het universum.
- Shraddha (Geloof): Dit verwijst naar het geloof dat mensen in de godin hebben.
- Tushti (Voldoening): De godin zorgt voor voldoening en tevredenheid.
- Pushti (Kracht): Ze schenkt goddelijke kracht en energie.
- Kshama (Vergeving): De godin is genadig en vergevingsgezind.
Deze Kalas zijn symbolisch en worden vaak vereerd en aanbeden in de hindoeïstische traditie, vooral tijdens speciale gelegenheden en festivals die gewijd zijn aan de godin Adi Parashakti. Ze vertegenwoordigen de perfectie en genade van de goddelijke moeder.
Einde Glossary Term