In “De Kikker en de Os” van Jean de La Fontaine probeert een kikker te beweren dat hij net zo belangrijk is als een os. Hij zwelt op met trots en probeert zichzelf op te blazen om zo groot mogelijk te worden. Uiteindelijk barst hij door zijn eigen inspanning en arrogantie. De les van het verhaal is dat trots en grootspraak niet altijd tot goede resultaten leiden.

De KIKKER en de OS

Een os stond in de wei te dromen bij een beek
En zag hoe daar vlakbij een kikker hem bekeek.
Hij was zichtbaar jaloers, niet groter dan een ei,
Maar kwaakte kwaad:
“Kijk, kijk! ‘k Word net zo groot als jij!”

De os sloeg met zijn staart en stond zich te verbazen.
De kikker rekte zich, begon zich op te blazen.
Hij blies en blies, hield zich even in
En vroeg: “Is dit geen goed begin?
Ben ik op weinig tijd niet reuze aangekomen?”
De os zei: “Boe!” En bleef maar voor zich uit staan dromen.

De kikker wond zich op, begon met nieuwe moed
Hij voelde alles spannen. “Is het nu nog niet goed?”
“Boe!” deed de os bedroefd. “Het lijkt er echt niet op.
Niet groter dan een pad, maar met een dikke kop!”
Nu werd de kikker woest, hij duwde, blies en balde
Zijn spieren plots zo hard dat hij aan flarden knalde

De wereld barst van waan en nijd
Om wie de snelste auto rijdt
Het grootste huis. De verste reis.
Ach, is dat allemaal wel wijs?


MORAAL:

De moraal van de fabel “De kikker en de os” van Jean de La Fontaine is dat jaloers zijn op anderen en proberen groter of belangrijker te lijken dan je bent, gevaarlijk kan zijn en tot je eigen ondergang kan leiden.
In de fabel probeert de kikker zichzelf zo groot als een os te maken, puur uit trots en afgunst, maar hij blaast zich letterlijk op en barst uiteindelijk uit elkaar.

De boodschap is dat het beter is om tevreden te zijn met wie je bent en je beperkingen te accepteren, in plaats van jezelf met anderen te vergelijken en te proberen iets te zijn wat je niet bent. Overdreven ambitie of het streven naar iets wat buiten je bereik ligt, kan destructief zijn.